De uitdagingen en ambities van het nieuwe schooljaar met aandacht voor maatschappelijke, onderwijskundige en digitale ontwikkelingen zijn helder.
“De Scholen gaan weer beginnen”, tenminste in het zuiden van ons land. De destijds door Veilig Verkeer Nederland uitgevaardigde slogan attendeert de weggebruiker op aangepast gedrag en is uiteraard nog steeds actueel. Midden en Noord kunnen daarentegen nog even achterover hangen en genieten van hun welverdiende vakantie.
Hoe dan ook, het schooljaar 2024-2025 zal weer genoeg uitdagingen en bijbehorende ambities met zich meebrengen. Wat zien we maatschappelijk en onderwijskundig en wat betekent dit voor de digitale transformatie binnen de school?
Door: Jaap Kraaijenhagen
Aerobe
De uitdagingen en ambities van het nieuwe schooljaar met aandacht voor maatschappelijke, onderwijskundige en digitale ontwikkelingen zijn helder.
De basis voor schoolontwikkeling zien we terug in de opgestelde schoolplannen. Veel van deze plannen lopen door tot 2028 maar binnenkort zullen er voor de periode 2025 -2029 eveneens nieuwe vergezichten geschetst worden. Waar gaan de scholen mee aan de slag? Hoe gaan ze om met de onvoorspelbaarheid en managen zij het onverwachte? Wat kunnen zij verwachten het komende jaar?
Maatschappelijk gezien is er sprake van toenemende polarisatie en nemen de sociale verschillen toe. News en fake news lopen door elkaar heen. Waar kunnen we nog op vertrouwen? Het welzijn van de leerling staat onder druk. Het lerarentekort blijft nijpend en er staan nog vele directeursfuncties open. Zo gek dus niet dat een groot aantal scholen het jaar minder vrolijk begint. Alles vraagt om daadkracht, organisatie en flexibiliteit.
ChatGPT en AI zijn onderwerpen die vragen om beleid hoe hiermee om te gaan en een plaats te geven binnen het onderwijs. Digitale veiligheid op school vraagt daarnaast continu aandacht en actie om hiermee tijdig aan de slag te gaan. Niet voor niets ligt de aansprakelijkheid bij het bestuur. Door geen minister van Digitale Zaken te installeren verslapt de daadkracht en ontbreekt een nationale visie op AI, aldus voormalig kamerlid Kees Verhoeven (D66). “Terwijl hierdoor het nationale beleid versnippert, denderen Microsoft, Google en Amazon gewoon door”, aldus Verhoeven. Ook in de vele opgestelde en vernieuwde schoolplannen zien we de aandacht voor de genoemde maatschappelijke en technologische ontwikkelingen terugkomen.
Meer sector- en schoolspecifiek zien we in de plannen aandacht voor het voldoen aan de basisvaardigheden voor taal en rekenen. Met name taal komt terug in de vele facetten binnen de school. Er is continu aandacht voor curriculumvernieuwing, waarbij zelfactualisatie en persoonsvorming meer focus krijgen. Het geluk van de leerling komt centraal te staan. Gelukkige leerlingen presteren immers beter, toch?
Ouders en verzorger worden actiever betrokken bij het driehoeksgesprek en in de ontwikkeling van de leerling. De ontwikkelingen vragen om meer onderlinge samenwerking en afstemming. Digitale geletterdheid en burgerschap krijgen volop aandacht, evenals de aandacht voor vakoverstijgend en contextrijk onderwijs.
De trend naar meer methode-onafhankelijk onderwijs zet zich door, waarbij sprake is van zelf gegenereerde content. Ook spreken vele schoolplannen de ambitie uit tot meer leerdoelgericht werken, voor een betere aansluiting bij de actualiteit en de leefwereld van de leerlingen, met ruimte voor feedback en reflectie.
Scholen gaan aan de slag met formatief handelen, waarbij leerlingen, samen met hun leerkracht meer eigenaar worden van hun leerproces. De rol van de leerkracht en het mentoraat vraagt hierbij om een open dialoog met de leerling. Dit alles om het eigenaarschap van de leerling te vergroten en nog beter af te stemmen op de leerbehoefte van de leerling. Naast het monitoren van de cognitieve ontwikkeling zal er meer aandacht gevestigd worden op socialisatie en persoonsontwikkeling.
Tot slot vraagt de huidige manier van (digitaal) toetsen om een nieuw toetsingbeleid, met een betere balans in formatief en summatief toetsen, binnen een beveiligde omgeving.
Mooie ambities allemaal, maar wat betekent dit voor de digitale transformatie binnen de school? Het is duidelijk dat IT in al deze ontwikkelingen een belangrijke rol speelt. IT is immers niet meer weg te denken in de wijze waarop we met elkaar communiceren en ons onderwijs inrichten. Te vaak richten onderwijsprojecten zich enkel op de transitie, ofwel het installeren van nieuwe technologie. De daarbij benodigde transformatie (wat is ervoor nodig en hoe bedden we dit in onze werkwijze) en adoptie (gaan we het ook gebruiken) worden vaak vergeten.
De uitgesproken ambities vragen om heldere doelen en gezamenlijke uitgangspunten over het leren met IT. Het met elkaar realiseren van de beoogde verandering is daarbij de uitdaging, waarbij de sleutel naar succes zit in het meekrijgen ofwel de betrokkenheid van alle collega’s. Graag praat ik je bij op welke wijze wij met jou deze digitale transformatie vorm kunnen geven.
Laat hier je vraag achter